Verzorgingstips Alocasia

De Alocasia komt van oorsprong uit de tropen van Azië, en dan voornamelijk uit India. De Alocasia behoort tot de Araceae familie en komt in verschillende soorten en maten. De plant heeft verschillende bijnamen, zoals Taro, Reuzentaro of Olifantsoor. Deze bijnamen komen door de bladeren van de plant. In de tropische regenwouden van Azië worden de Alocasia planten gebruikt als een natuurlijke paraplu om onder te schuilen. De bladeren kunnen namelijk tot wel anderhalve meter breed worden en bieden dus een goede beschutting. Het is helaas niet de makkelijkste kamerplant en heeft daarom specifieke verzorging nodig. Wil je de alocasia kopen? Klik dan op de knop hieronder om ons aanbod te bekijken! Lees deze pagina verder voor alle specifieke verzorgingstips van de plant.

  • Constant licht vochtig houden Constant licht vochtig houden
  • Lichte standplaats Lichte standplaats
  • Min 18 °C Min 18 °C
  • 1x per week 1x per week
  • Regelmatig verpotten Regelmatig verpotten
  • Onderste blad Onderste blad
  • Eens in de 2 weken (lente/zomer) Eens in de 2 weken (lente/zomer)
  • Licht giftig Licht giftig
Bekijk ons aanbod
Verzorgingstips Alocasia

Klantenservice

Alocasia verzorging

  • De olifantsoren gaan slap hangen als er te weinig water aanwezig is in de cellen. In de stengels van de Alocasia is veel water aanwezig. Daarom houdt de plant ervan als de grond constant lichtvochtig is. Kijk dus regelmatig of de grond wel vochtig genoeg is. Het is niet verstandig om grote hoeveelheden water te geven per keer, omdat dit anders wortelrot kan veroorzaken. Dit kan herkend worden wanneer er gele/bruine randen zichtbaar zijn in het blad. Als alleen de onderste bladeren deze randen tonen is er nog geen reden tot paniek, want de oudere bladeren stoot de Alocasia zelf af. Het is dan ook verstandig om te beginnen met het regelmatig geven van kleine hoeveelheden water, zodat je na verloop van tijd weet hoeveel je Alocasia nodig heeft. In de winter heeft de plant minder water nodig, maar laat de plant niet uitdrogen. De Alocasia druppelt regelmatig water van het blad, wat guttatie heet. Dit is heel normaal en (deels) te voorkomen door kleine beetjes water te geven i.p.v. grote hoeveelheden in één keer.
  • In de natuur groeit de Alocasia op in een vochtige en warme omgeving. De Alocasia houdt er dan ook van om regelmatig een sproeibeurt te krijgen. Het liefst zelfs eenmalig per week. Hierdoor neemt ook de kans op spint af.
  • Zet de Alocasia wel het liefst op een plek met veel licht, maar niet waar hij continu direct zonlicht krijgt. Het kan gebeuren dat de Alocasia richting het zonlicht gaat groeien. Draai dan regelmatig de plant een kwartslag om hem rechtop te laten groeien. De ideale plek voor de plant is voor een raam op het oosten/westen of op wat meters van een raam op het zuiden. De Alocasia is voor hier in Nederland geen echte buitenplant, maar in de zomer kan de plant wel buiten staan. Vermijd dan wel dat hij in vol zonlicht komt te staan en laat de plant er eerst aan wennen. Bij gebrek aan zonlicht kan de Alocasia lange stengels krijgen. Als de bladeren te lang worden, kan de Alocasia het gewicht van die bladeren niet meer dragen en is er een kans dat deze bladeren gaan hangen of breken. De Alocasia houdt van warmte, maar hem plaatsen naast een kachel is niet aan te raden in verband met de droge lucht. Minimale temperatuur Overdag: 18 ℃ 's Nachts: 12 ℃
  • De Alocasia kan uitgroeien tot wel 2 meter hoog. Hiervoor is het echter wel nodig dat de plant voldoende ruimte krijgt. Omdat de Alocasia daarnaast best snel groeit, is het noodzakelijk om hem regelmatig te verpotten. Neem bij elke keer overpotten een pot die minstens 20% groter is dan de oude pot. Het beste kan je de plant verpotten in de maanden januari of februari, zodat de Alocasia snel kan wennen voordat de groeifase in de lente gaat beginnen. Gebruik hierbij universele potgrond en probeer zo veel mogelijk te voorkomen dat de wortels beschadigen. Gebruik bij hoge potten een inzethoes, zodat er zich geen hoeveelheid water verzameld op de bodem van de pot. Zo voorkom je dat het water gaat rotten wanneer het buiten bereik komt van de wortelen.
  • De Alocasia is gevoelig als het gaat om bladverkleuring. Te veel water geven kan leiden tot bruine/gele bladranden en bladpunten. Te weinig water kan leiden tot verslapping van de bladeren waardoor deze kunnen kneuzen of afbreken. Gebruik lauw water voor de Alocasia, want de plant is gevoelig voor koud water. Te koud water of koude tocht kunnen bruine vlekken op de bladeren veroorzaken.
  • De onderste bladeren van de Alocasia wordt na een tijdje minder mooi. Door deze bladeren tot op 4cm van de basis af te snijden zal de plant geen extra energie meer stoppen in dit lelijke blad. Hierdoor stimuleer je de groei van het nieuwe blad. Door dit blad te snijden verliest de plant wat vocht, dit is niet erg. Mocht de Alocasia te breed worden, kan je op deze manier ook de andere bladeren wegknippen.
  • De meest makkelijke manier om de Alocasia te vermeerderen is door te wortelstekken. Als de pot groot genoeg is, komen er vanzelf nieuwe jonge plantjes tevoorschijn. Wanneer een plantje 4 blaadjes telt, kan dit plantje gescheiden worden van de moederplant. Dit kan het beste in de lente gebeuren. Zet het jonge plantje op een lichte plek, maar niet op een plek met veel direct zonlicht.
  • De Alocasia verbruikt veel voedingsstoffen vanwege de constante ontwikkeling van nieuwe bladeren. Geef de plant dan ook regelmatig vloeibare kamerplanten voeding van Pokon. Gebruik niet teveel voeding, want dit kan schadelijk zijn voor de plant. In de zomer is optimaal om de plant eens in de twee weken te voeden. In de winter en de herfst is het voeden van de plant niet noodzakelijk, omdat de Alocasia dan in een winterslaap zit.
  • Er wordt niet vaak een bloem aangetroffen bij de Alocasia. Om energie voor de plant te besparen kun je beter de bloem afsnijden. De bloem lijkt op de bloem van een Anthurium, die zich kenmerkt door een wit schutblad en een geelkleurige bloemkelk.
  • Doordat de Alocasia een groot bladoppervlakte heeft, is hij relatief gezien erg luchtzuiverend. Hoe meer bladoppervlak, hoe meer de plant zuurstof kan produceren.
  • Het sap van de Alocasia is licht irriterend voor de huid. Let dus op bij het verpotten van de plant en afknippen van het blad.
  • Als de luchtvochtigheid te laag is, dan kan de Alocasia last krijgen van spint. Voorkom dit door de plant regelmatig te sproeien. Zet de plant buiten wanneer er spint aanwezig is. Door de wind en vocht wordt de spint verdreven. Doe dit alleen als de temperatuur hiervoor geschikt is. Naast deze preventie kan er ook gebruik gemaakt worden van diverse soorten bestrijdingsmiddelen.

Search engine powered by ElasticSuite